--"Ons Dagboek"--

Dit is de rubriek die volledig voor poëzie en proza is voorbehouden.

denook
Lid geworden op: 20 aug 2006, 13:25
Locatie: Vlaams-Brabant

29 jan 2012, 23:50

Marie-Jeanne,

ik schreef het reeds ... vrijwilligerswerk in de geriatrie-kiné-afdeling
van een kliniek is een oneindige inspiratiebron: soms plezant, soms
verrassend, soms diep-menselijk.
Nu was er Marie-jeanne.
Een paar jaar geleden mocht ik haar enkele weken op en af halen van
de kamer naar de zaal.
Er ontstond een babbel, met volgende week vervolg van de babbel ...
een lang triest verhaal eigenlijk.
Ze was getrouwd geweest met een schipper en had dus jaren op het water
gewoond. Haar man was al jaren overleden en nu woonde ze op de twee-
de verdieping in een blokkendoos van appartementjes. Het waren sociale
appartementen en de tweede verdieping was de hoogste, en dus was er
geen lift verplicht, wist ze te vertellen. Groot probleem: ze was zeer slecht
'te been' en kon absoluut geen trappen op of af; eenmaal boven geholpen
of gedragen was het ook boven blijven.

Er waren twee kinderen.
Een zoon die nog verder dan Antwerpen woonde, zijn moeder graag zag
en wou helpen; alleen, hij had veel werk, veel drukke bezigheden en
daarom ook 'veel weinig' tijd om haar op te zoeken.
De dochter woonde in de buurt doch had al jaren geen contact meer met
haar. "mocht ze een keer per twee weken wat boodschappen doen, ik zou
al heel blij zijn, herman, doch niets."
"En hoe dat zo gekomen was?"
"Als jij het weet herman, zou ik het ook graag weten."
Ze was blij dat ze mijn naam kende en iedere paar zinnen kon gebruiken.
"Hoe oud ze was, of mocht ik dat niet vragen aan een vrouw?"
"Zeker, zeker, binnen drie weken word ik 75.
"Een feestje dan?"
"Neen herman, midden in de week kan Patrick niet overkomen en verder
is er niemand."
"Wel M-J, ofwel ben je hier nog, ofwel ben je weer thuis. In dat geval kom
ik in de vooravond langs om je verjaardag te vieren."

M-J was thuis. Ik had een mandje met alleen gezonde producten, alle op
basis van honig, gekocht.
Ze had zich opgetut, in een lang zwart kleed, en was blij, want eigenlijk
dacht ze dat ik niet zou komen.
Het was ook de eerste keer dat ik een ex-patiënt van de kliniek persoon-
lijk bezocht. Het was het waard: M-J was gelukkig en babbelde een uur,
bijna ononderbroken door.
Ik zou zeker later nog eens binnenspringen.
Geen probleem, ze was altijd thuis.
Maar dat gebeurde niet meer ... vergeten ...

Half december vorig jaar ... M-J is weer op de geriatrie.
Eerste woensdag: "M-J niet halen herman, is nog wat vroeg", dixit Peter.
Ze wou wel, doch Peter zal het wel weten; dan maar een babbelke op de
kamer.
Volgende woensdag: M-J mag in de rolstoel naar de zaal: kussentje, wat
armbewegingen; alles vanuit de rolstoel.
Volgende woensdag: M-J mee met looprekje; wel traag, maar het ging
en ze was oh zo blij.
Voor ik vertrek: "M-J, mocht je hier volgende week niet meer zijn, dan
kom ik zeker nog eens langs, vóór eind januari."
Volgende woensdag: M-J is weg.

Vorige week, laatste kans om in januari op een woensdag langs te gaan.
Na de kliniek naar de blokkendoos: bellen ... geen antwoord.
Andere drie bellen van het verdiep ... voordeur bromt open.
Boven wachten een Afrikaanse vrouw en twee kinderen.
Neen, ze weet niet waar mevrouw is.

Vandaag, bij mezelf: misschien ligt M-J weer in de kliniek, doch niet op
de geriatrie. Telefoon naar kliniek.
"Welke naam mijnheer?" ...
"Welk adres?" ...
"Schakelen door naar de afdeling."

"Hallo, palliatieve afdeling."
"Of ... of ... Marie-Jeanne ... daar ligt?"
"Is donderdag gestorven mijnheer."

Op het adreskaartje dat ik twee jaar geleden kreeg, staat op de keerzijde
de naam 'Patrick', met een GSM nummer, in mooi handschrift.
Morgen bel ik de man. Ik heb hem nooit gezien of gesproken, maar dat
zal wel lukken ... denk ik toch.

denook

ria
Lid geworden op: 09 sep 2004, 13:19
Locatie: waar het goed is om wonen...

03 feb 2012, 23:14

Ding-dong, de klok, de tijd;
de tijd...tikt onbarmhartig weg...

Twee weken geleden
nog keuvelend aan de tafel,
"rusthuis, niets voor haar,
ziekenhuis al helemaal niet."

Het is niet dat ze het vergeet,
maar ze wil het helemaal niet weten,
dat ze weldra negentig wordt...

Geen kinderen, geen familie,
behalve een bijna even oude broer
een heel eind bij haar vandaan.

Slechts vier mensen die zich af en toe
om haar bekommeren...
omdat ze niemand anders heeft.
Vallen, 's nachts, ook tijdens de dag,
vallen, vallen en nog eens vallen.

Tot enkele dagen geleden de maat vol was.
Ze zag bont en blauw, met vooral
een erg grote buil boven haar oog.

Zo lag ze op de grond, toen ik haar vond.
Het andere echtpaar gebeld en overlegd.
Zonder tegensputteren de ambulance in,
ik had veel meer tegenstand verwacht.

Met spoed, naar "SPOED", dat wel,
onderzoeken, dat ook, maar "plaats"
geen plaats mevrouw! Alles ligt vol!

Wat denkt u van een ander ziekenhuis?
Of kan ze een paar dagen bij u thuis, tot er plaats is?

Mijn grootste mond opengetrokken,
(heb ik in het verleden nog gedaan, en met resultaat)
"die" grote mond, en de resultaten van de onderzoeken
hebben de doorslag gegeven. Er was een bed vrij.

Na enkele dagen intensieve zorgen, ligt ze nu
in een ziekhuisbed op een gewone kamer.
Ze kent ons nog, maar haar taal is verward.
Wat ze nog niet weet is dat de eerste stappen
werden gezet naar een rusthuis toe.

Als ze een beetje is opgeknapt,
wat ik voor haar hoop,
maar gezien de situatie
niet echt meer verwacht.

Misschien denkt u, wat een kil verhaal.

Ik heb het er zelf heel moeilijk mee.
Ik had mij ook nooit kunnen voorstellen
dat ik die beslissing voor haar zou moeten nemen.
Zoals ik zei, ze is geen familie.

Ik heb mezelf de vraag gesteld
"hoe ik mij zou voelen, als ik zo hoogbejaard
aan de beslissingen van anderen word overgeleverd."

Ach zoiets moet je je niet afvragen,
dat weet je gewoon.
Dat is buitengewoon pijnlijk!
Ik zou er zo over denken voor mezelf,
maar ook voor haar vind ik het zo droevig,
zo intriest...

Dat wil je een medemens niet aandoen;
maar een mens in zijn eigen woonst laten sterven,
zonder in te grijpen, is nog meer onmenselijk.

Ik hoop dat wij de juiste keuze hebben gemaakt.
Ooit zei ze dat de eenzaamheid zo zwaar woog.
Misschien kan de aanwezigheid van personeel,
andere zieken en bezoekers haar een beetje
uit dat isolement halen.

Hoe het verder zal gaan?

ria
Onder uw bescherming, o Moeder van God en ook onze moeder.
Gast

07 feb 2012, 19:46

Liefste dagboek,


Vandaag las ik een suggestie voor een valentijnsmenu.




Amuse-Gueules bij een Glaasje passionele Bubbels

Tederzachte Carpaccio van Schotse Zalm met een
lieflijke Kruidendressing

In het Liefdesnest bereide Kroketjes van Garnaal

Verstrengeld Duo van Gamba in een pittig Sausje

Romantisch Soepje van Noordzeediertjes

Oogstrelende Filet van wilde Tong opgevuld met
Cupidogroentjes in een witte Wijnsausje opgefrist door
zachte Saffraan

Samenspel van Valentijnszoetigheden





Wat denk je, dagboek, zou deze poëet
in aanmerking komen
voor een literatuur- of poëzieprijs,
of zou de jury een indigestie oplopen
door het lezen van het menu?

denook
Lid geworden op: 20 aug 2006, 13:25
Locatie: Vlaams-Brabant

07 feb 2012, 22:00

lieve elleke,

ik weet dat jij weet, zoals iedereen die hier schrijft,
dat geen reacties verwacht (noch geduld) worden
op artikeltjes, lang of kort, hier geschreven.
(Sorry, doch dat 'noch geduld' is wel wat hard als woordkeuze).

Denook zou je nu zeker terecht wijzen;
lichtjes, denk ik wel, want hij volgt je nieuwe topic hier;
hij vindt hem mooi en een grote aanwinst voor dit forum.
Ik weet hoe hij erover denkt,
en dan komt een donderpreek zeker niet ter sprake.

Maar denook is er nu niet,
dus neem ik de honneurs waar waar.
Jammer voor jou, doch ik ben een boek, een dagboek,
en van menu's weet ik helemaal niets.
Dus toch maar liever denook?

Ik zal hem een der volgende dagen
op jouw tekstje wijzen.
Maar, terwijl ik hier nu toch alleen ben ...
dank om je interesse voor mijn bestaan,
en je handschrift op mijn uitnodigende bladen,

ons dagboek

ria
Lid geworden op: 09 sep 2004, 13:19
Locatie: waar het goed is om wonen...

13 feb 2012, 12:10

Wonderen, zij gebeuren...

Ze hoeven niet groot te zijn, als het maar wonderen zijn.
Drie weken geleden zat ik nog met mijn handen in mijn haar.

Hoe breng ik haar bij dat zij echt niet meer alleen kan zijn.
Dat ze best naar een rusthuis zou gaan of eens voor een goed onderzoek
naar de kliniek, op enkele passen van haar huis.

Ze keek veel tv, het enige wat ze nog kon, van uit haar zetel.
Vermoedelijk had ze daar zo dikwijls in de laatste jaren het woordje
NON gehoord en gelezen, dat dit ook haar stopwoord was geworden.

NON en nog eens NON, of beter in 't Oost-VLAAMSCH " NEE"!

Ik ben geen voorstander van drastisch ingrijpen, dus wachtten we maar af.
En het duurde niet lang, ik schreef het reeds, de ene val na de andere,
tot we niet anders konden doen dan haar laten opnemen in het ziekenhuis,
via "spoed" naar intensieve, en uiteindelijk naar een kamer met twee.
Van dan af was ze niet meer alleen.

Het ene kleine wonder, voltrok zich na het andere.
Ze werd weer wat beter, het eten smaakte opnieuw,
en vooral: ze liet het zagen en klagen en begon stilaan tevreden te worden.
"Het is hier goed" en "ik kan niet meer alleen zijn," klonk het op een dag!
Ik kon mijn oren niet geloven!
Misschien dat de "ziekenzalving" er voor iets tussenzat, die ze inmiddels ontving.

Soms vergeet ze dat ze in het ziekenhuis is.
Een doktersattest, "deze dame kan niet meer naar huis."
We moesten er niets eens naar vragen, de dokter stond met ons op één lijn.

Hoe breng je dan zo iemand bij dat het appartement dat ze huurt moet opgezegd worden?
Ik stel me voor, wat als mij dit zou overkomen?
Als anderen in mijn plaats die beslissingen moeten nemen?
En het gebeurt: Je vertrekt naar het ziekenhuis, hals over kop de ambulance in
en je komt NOOIT terug naar wat eens je thuis was.

Maar ook dat kleine wonder is zich aan het voltrekken.
Ze gaat van het grote, eenzame appartement, naar een kleine gezellige woonst,
waar nog veel andere mensen wonen, en waar dag en nacht voor je wordt gezorgd.
Ik zal het nog wel een paar keer moeten herhalen,
en het zal ook nog even duren voor er plaats vrij is, maar we zijn op goede weg.

Voor wie in wonderen gelooft, ze gebeuren, maar we moeten ze willen zien.

dankbaar,
ria
Onder uw bescherming, o Moeder van God en ook onze moeder.

Dtm
Lid geworden op: 09 apr 2011, 15:00

14 feb 2012, 10:38




Dag dagboek,


Gelukkige feestdag!

Waar is de tijd dat jij nog puistjes had.
Schoonheidsvlekjes. Op je blanke huid.

En meisjestranen stroomden
over jouw maagdelijke bladen. Dagenlang.
Gebroken harten. O, als bloemkolen zo groot.

Ach,
hoevele avonden heb jij getroost.
Eenzame zielen omarmd.

Misschien is er vanavond
wel ergens een droefgestemde snaar
die zich zal laten gaan tussen de lakens
van je stilte.

Dag troosteres der bedrukten.
Groeten aan 'le postillon d'amour'





denook
Lid geworden op: 20 aug 2006, 13:25
Locatie: Vlaams-Brabant

16 feb 2012, 23:34

Dagboeken en Valentijnen,

Ik weet dat vele mensen, jonge mensen vooral, een dagboek bijhouden;
heel persoonlijk, strikt voor zichzelf, soms achter slot bewaard.
En dan worden ze ouder en verliefd, heel erg verliefd.
Soms gebeurt het dan dat ze, als een bijzondere blijk van vertrouwen, el-
kaars dagboeken mogen inkijken.
Samen zitten in een knusse zetel, bij een schemerlamp, zachte muziek,
een glaasje Godendrank, warme mond- en tongkusjes, ... nog clichés?
De kleinoden worden als een relikwie bovengehaald.
Gretige ogen lezen traag geheimen van hun partner; koestermomenten.

En de dagboeken zelf trillen mee met de hartenklop van hun schrijvers.
Worden ze zelf niet een beetje mee verliefd?
Ik denk het wel en ik kan het weten want ik ben toch ook een dagboek.
Wat jaloersheid zou hier op zijn plaats zijn, zeker als ik zie hoe die
'mijn" dagboeken hun bladen laten krullen en zo niet meer helemaal
dicht kunnen, van pure opwinding.

Valentijnsdag is zo'n uitgelezen moment. Er mag iets speciaals gebeuren
en is het laten inkijken van het dagboek geen speciaals iets?
Dat gebeurt bij mij dan niet. Jawel, almaar door; soms meer dan hon-
derd keer per dag word ik ter hand genomen en gelezen. Dat heeft niets
met Valentijn of verliefdheid te maken; wel met mijn altijd open staan
voor zowel vele lezers als vele schrijvers.
Ik ben niet jaloers van de oh zo persoonlijke schrijfsels, alleen voor een
eigen terugblikken en uitzonderlijk voor één gelijkgestemde ziel.
Maar ik mag er toch eens bij stilstaan hoe het zou voelen mocht ik 'hét'
dagboek zijn van één iemand en bij mezelf beseffen dat ik, en alleen ik,
wist wat er in dat hart en die geest omgaat.

Dan zou ik uiteraard maar weten hoe één iemand over Valentijn denkt.
Nu daarentegen zie ik vele invalshoeken en belevingen.
Het gaat van uitbundig met z'n tweetjes,
over intiem met z'n tweetjes,
tot totaal vergeten van de datum, liefst ook met z'n tweetjes.
En dan zijn er de velen die het toch maar niets vinden, die Valentijnsdag.
Er is bij hen zo'n grote liefde, iedere dag van het jaar; een extratje op die
ene dag van commercie hoeft er niet bij.
Het zijn vooral deze laatsten die het graag uitschrijven en laten weten,
terwijl de stille genieters, daar minder ruchtbaarheid aan geven; ook niet
aan het feit dat bij hen ook de liefde dagelijks meespeelt.
Waarom zou een extra impulsje, tussen de honderde fijne momenten
door, zelfs niet-commercieel, niet mogen?

Nu ik er aan denk, mijn geestelijke vader heeft zelf niets met Valentijn,
zelfs geen fijne begroeting of een anders getint kusje.
Alleen, hij vertelt dat niet rond, noch schrijft het neer op enig forum,

ons dagboek,
tevreden in zijn huidige vorm

ria
Lid geworden op: 09 sep 2004, 13:19
Locatie: waar het goed is om wonen...

18 feb 2012, 21:05

dag Dagboek, kort en bondig,

Ik ben het dikwijls oneens met Rik Torfs,
maar het standpunt dat ik hem vanavond hoorde verdedigen,
in verband met zijn partij, daar kan ik helemaal inkomen.

Velen onder ons zijn hun belangrijkste identiteit verloren.
Dat is geen verwijt (vrijheid van elke mens) maar wel een vaststelling.
Geeft dat consequenties in de wereld van vandaag? Ik meen van wel.

ria
Onder uw bescherming, o Moeder van God en ook onze moeder.

denook
Lid geworden op: 20 aug 2006, 13:25
Locatie: Vlaams-Brabant

26 feb 2012, 19:55

Twee markante ontmoetingen in Leuven

Het woord ‘markant’ zegt niet helemaal wat het was.
Ik vind moeilijk een synoniem. Alleen, het was zo bijzonder, opmerkelijk, indringend, dat het niet gemakkelijk in één woord is onder te brengen. Het gebeuren zal wel nog lang nazinderen.

Ik schreef vrijdag op een andere topic, waar het literaire meer uitspringt, hoe ik een boek had gelezen, meer dan vijfhonderd bladzijden, uitgelezen in vijf dagen. En hoe de schrijfster, mooi en jong op de kaft, het boek zou signeren; dat was gisteren.
Ik wou er absoluut heen; niet alleen voor een paar zinnen in mijn boek, maar ook voor een korte babbel, indien er geen te grote drukte was aan haar tafeltje.
Een ganse dag voor mij, Leuven dat lachte in de zon, en ik met maar één opdracht, neen, geen opdracht, één moment van uitzien naar een ontmoeting met …

Was tijdig aanwezig. Ineke Vanderaa zat vooraan in de Standaard-boekhandel, met wel nog wat wachtenden; teveel naar ik vond. Dat zinde me niet want ik wou tijd van haar voor mij …alleen … Zou straks wel terugkeren.
Wat doet een man dan, alleen in centrum Leuven, die wacht … hij gaat zich moed indrinken; een tripel Westmalle, zalig, ook met het oog op wat nog kon komen.
Na de middag verhuisde de schrijfster naar een andere Standaard-boekhandel, de Diestsestraat dit keer.
En weer vol verwachting, en weer teveel belangstelling, en weer een frisse tripel, in een andere taverne nu. Tot we bijna het einde van sessietijd naderen. En toen zat Ineke voor haar stapeltje, met alleen een grote hond, trouw naast haar.

Mensen, wat een moment! Ik dacht dat gans Leuven me benijdde toen ik naar voor schreed.
Het gesprek vlotte meteen (- de twee tripels?-). We spraken niet alleen over haar boek en het was alsof we elkaar reeds lang kenden. Wat een prachtige zaterdag toch!
Ik werd al maar spraakzamer (- de twee tripels nog wat later?-) en wou nog meer indruk maken op haar. Had niet gemerkt hoe een andere heer een boek van het stapeltje had genomen en er achteloos in bladerde.
Ik leunde wat dichter naar de schrijfster toe en fluisterde, minder luid, hoe ik gisteren gratis reclame voor haar boek had gemaakt op Sennet, en dat er deze middag reeds meer dan honderdvijftig mensen dit hadden gelezen.
De man achter mij legde het boek neer en deed een stap voorwaarts.

“Maar dan bent u meneer denook, herman ?!”

Wat er toen door mijn hoofd draaide is niet te omschrijven; ik was elke draad kwijt.
Wie was die man, wat kwam die hier doen, hoe kende hij mijn naam …
Het afscheid van Ineke, die er ook niet wijs uit raakte, was kort en onaf. Ik wandelde de winkel uit met de man naast mij.
We raakten aan de praat, kon ook niet anders, en geraakten zelfs samen vier huizen verder in de taverne van daarnet: een rustige zaak in een verlaten winkelgalerij, ver van de drukte.

“Nog een tripel meneer?”
“Dank u, een blonde Leffe is nu genoeg”.
“En voor meneer?” “Een koffie graag”.
Meneer kende Sennet vrij goed, met o.a. het forum van Poëzie en Proza. Hij las er niet alles; alleen wat hij goed vond, en ‘ons dagboek’ was daarbij (-meneer heeft smaak-); de topic waar ik gisteren de loftrompet voor het boek bespeelde was een van zijn voorkeurtopics.
“En hoe ken je de naam ‘herman”?
“Ja, er zijn mensen, ria o.a., die regelmatig ‘herman’ gebruiken ipv ‘denook’, vandaar. En of hij mij nog iets mocht zeggen …”
“Doet u maar meneer (X)”.
“Ik heb in gedachten een beeld van de mensen achter hun geschriften. Bij jou zit ik er nu helemaal naast. In je schrijfsels ontwaar ik een rustig man, bezadigd, de woorden wikkend, traag sprekend … en nu blijkt het tegendeel: dynamisch, vlot, vlug spreken, sociaal waarschijnlijk …”
Ik onderbrak hem met … “dat zullen de twee tripels zijn meneer, en nu de twee Leffes daar bovenop …”

Terwijl hij maar doorpraatte, want hij was meer de prater dan ik, observeerde ik ook.
Hij droeg een bruine hoed, had een trui met rolkraag en ik merkte vooral een paar guitige, nieuwsgierige, levendige ogen, alsook een warme stem.
We babbelden er lustig op los tot hij zich plots herinnerde dat hij nog naar de Delhaize moest.
We vertrokken samen, sloegen af naar de Bondgenotenlaan waar ik links en hij rechts verder wandelde.

“Oh ja, wat kwam hij eigenlijk in de boekhandel doen?”
“Wel ja, herman, ik had je gelezen over de schrijfster en wou absoluut de mooie vrouw zien.
Haar boek interesseert me niet. Ik lees alleen, en veel, hedendaagse literatuur. Ken je die schrijver, en die, en las je dat boek, en dat …?”
“Neen, daar kende ik niets van”.
Ik had nog kunnen vermelden wat ik wel allemaal kende en kon …maar het was genoeg geweest en ook, de trein wachtte en de Delhaize ging sluiten.

denook,

dag meneer als je dit leest

denook
Lid geworden op: 20 aug 2006, 13:25
Locatie: Vlaams-Brabant

04 mar 2012, 22:29

De hoofdprijs gewonnen,

Leerbeek, jaarlijks KVLV-etentje, steeds in orde en verzorgd. We zijn dan ook ieder jaar van de partij op zondagmiddag: Martha, Jos en ik.
Ik ben afkomstig uit Opwijk, Martha uit Gooik. Sinds we samen zijn, wonen we in Asse: zowat in het midden tussen Opwijk en Gooik. Wat komt Leerbeek hier dan doen?
Ik gebruikte de naam ‘Gooik’, omdat die algemeen gekend is, als parel van het mooie Pajottenland ook. Leerbeek is dat minder, wel een kleine parel, als deelgemeente van Gooik; en eigenlijk woonde Martha daar. Ze was er vroeger zeer actief zoals haar ganse familie trouwens. Ze was er een trouw KVLV-lid, verzorgde de lezingen tijdens de misvieringen, gaf de voorbereidende catechese voor de plechtige communicanten, terwijl haar man-zaliger er met enkele vrienden medestichter was van de plaatselijke KWB-afdeling.

Dit als inleiding voor dit stukje. Toch nog iets.
Ieder jaar, dit jaar bv. op zondag 11 maart, is er een KVLV-namiddag, waar o.a. Lourdes-reizen worden verloot.
Onder alle aanwezigen wordt, door het lot, volledig gratis, een reis toegekend.
Verder wordt er nog een tweede reis ‘getrokken’ uit verkochte lotjes.
Normaal detail: wie de gratis reis te beurt valt, kan de volgende tien jaar niet meer winnen.
Onrechtvaardig detail: wie met de gekochte lotjes wint mag de volgende jaren zoveel lotjes kopen als ze wil, ook zij moet weer tien jaar wachten …

Nu zijn we er; neen, toch nog eerst een weetje.
De voorzitster van KVLV-Leerbeek is zo’n sympathiek mens, actief op vele terreinen, onvermoeibaar, met totale inzet … heeft zelfs een zitje in de gemeenteraad.
Laat ik ze Christine noemen; dat is gemakkelijk, want zo heet ze ook.

We komen in de zaal; hoed, sjaal en jas weghangen. Ondertussen staat Martha reeds aan de kassa, met Christine aan de andere kant van de tafel.
Zoals bij vele etentjes moet je vooraf je schotels kiezen en betalen. Je krijgt dan geplastificeerde veelkleurige kartonnetjes: kaaskroketten, soep, zalm, stoofvlees …
We nemen elk jaar hetzelfde parcours; zo had Martha reeds de bonnetjes, toen ik erbij kwam.
“En dan nog enkele lotjes voor de Lourdesreis”.
“Ja, Martha; en mocht je winnen, wie is dan de gelukkige?”
(Martha won immers twee jaar geleden, dus …)
Martha is psychologisch. Er staan reeds enkele mensen achter ons: misschien ook KVLV- kandidaat-Lourdes-winnaars.
“Wel Christine, schrijf maar op, voor de reservewinnares; dat is eerlijkst”.

Denook wil nu ook zijn zegje doen.
“Ik vind het niet eerlijk; als je lotjes koopt en dus betaalt, dat je niet mag winnen”.
“Ja, herman, dat is al jaren zo; solidariteit noemen ze dat. We gaan dat nu niet veranderen, en zeker voor jou niet. Je won hier al eens de eerste prijs”.
Nog straffer dat. Ik kocht nooit een lotje.
“Christine, waar haal je zo iets? Hoe kan ik al ooit gewonnen hebben?
De rij wachtenden zwelt aan.
“Kom herman, ’t is al goed, we gaan door … de mensen wachten”.
“Niets van, ik laat me nu niet doen. Waarom zegt Christine, en dan nog juist zij, zo iets?”
Nog wat over en weer gediscuteerd, met nu ook aan de andere kant van de tafel meer ‘volk’: steunende KVLV-bestuursleden voor Christine.

Tot Christine eindelijk:
“Herman, ik bedoelde dat jij hier toch, jaren geleden, de hoofdprijs won met Martha …”
“Christine, ik snapte van bij het begin de betekenis van je zin. Het is waar: Martha was en is een hoofdprijs. Alleen … heb ik hier een onnozel spelletje gespeeld. Goed hé?”

Algemeen gelach, voor en achter de tafel.
Bij de wachtende KVLV-leden, licht geroezemoes onder elkaar.
De meesten kennen Martha immers nog zeer goed. Ze weten dat ze jaren na het verlies van haar man weer het geluk heeft gevonden.
… en dat is dus die man … zo, zo …

denook
Gast

11 mar 2012, 10:12

Vorig weekend personeelsfeest in het bedrijf van D.
Ook de ex-werknemers waren uitgenodigd,
dus eveneens oom Kamiel.
Reeds enkele jaren weduwnaar en nogal eenzaam geworden,
had hij niet veel zin om mee te gaan.
D. en ik konden hem tenslotte overtuigen
om het feest toch bij te wonen.

Toen we hem met de auto gingen ophalen
stond hij ons reeds in de deuropening op te wachten.
In de vestiaire van de feestzaal waren we hem kwijt,
tot D. hem even verderop
in druk gesprek gewikkeld zag met zijn oud-collega's.
Oom Kamiel deed teken dat we niet op hem moesten wachten
en dat hij wel met zijn werkmakkers aan tafel zou gaan.

We hadden een aangename avond en moesten
oom Kamiel aanmoedigen om eindelijk mee naar huis te gaan.
Op de terugweg was hij aan het indommelen,
tot plots het melodietje van zijn gsm weerklonk.
Oom Kamiel sliep rustig verder en liet de gsm maar bellen.
Ik trachtte hem wakker te maken en zei:
'Oom Kamiel, neem je gsm eens op.'
Nog knikkebollend mompelde hij:
'Gsm, gsm... ik heb helemaal geen gsm.'
'Het is niet het geluid van ons mobieltje' antwoordde D.
Waarop oom Kamiel in zijn jaszak voelde
en stomverbaasd een gsm bovenhaalde.
Hij bekeek zijn mantel en...
'Dat is helemaal mijn jas niet', sprak hij.

Plots in paniek: 'Mijn tanden!'
'Wat is er met je tanden?' vroeg ik.
'Voor ik mijn jas aan de vestiairedame gaf
heb ik mijn gebit in mijn vestzak gestoken,
anders valt het toch steeds uit.'

Zijn eigen jas heeft hij uiteindelijk terug.
Maar ik zou er geld voor willen geven hebben
om het gezicht van de eigenaar
van de andere jas te kunnen zien
toen die wilde gsm'en en met het gebit
van oom Kamiel in zijn handen stond!

denook
Lid geworden op: 20 aug 2006, 13:25
Locatie: Vlaams-Brabant

26 mar 2012, 22:19

EN NOG BLEEF HET ONVERANDERD ...

Een onnozel gedacht voelen opkomen en zich verder laten ontwikkelen;
wie heeft het al niet meegemaakt?
Ik liep al maanden met zo iets in mijn hoofd; het hield me bezig, doch het
was het vernoemen niet waard, en zeker niet van die aard om er voor
onderzoek op uit te trekken. Men kon me wel een beetje gek verklaren.
En toch deed ik het, gisternamiddag van 13u30 tot 18u30: vier uur voor
een pruts-niemendalletje. Ik tracht het een beetje spannend te maken om
het minuscule, het belachelijke ervan te verdoezelen.

Zaterdag waren we in Gent, met aardig gezelschap; mooi weer, een wan-
deling, een etentje, een prachtig concert in de Bijloke. Kortom, een fijne
geslaagde dag.
Tijdens het eten kwam het aardig gezelschap met de vraag wanneer we
weer, voor het eerst dit seizoen, de zee gingen opzoeken, verkennen,
inwijden, omarmen ... woorden die ikzelf ook al eens gebruik.
Morgen, ja morgen, trekken we er voor het eerst een paar dagen op uit.
"En Elsy, je mag vijfmaal raden wat ik er morgen precies wil doen. Raad
je juist, dan betaal ik hier alles alleen, met nog een extraatje bovenop".
Na een paar pogingen, telkens fout natuurlijk, wou ik helpen.
"Eén tip, met vijf nieuwe kansen: het zal in Bredene moeten gebeuren."
"Kijken of het naaktstrand al open is?"
Had ik verwacht als vraag, terwijl ze zeker wist dat dit ook fout zou zijn;
we gingen en gaan er immers nooit.
Toen ze het moest opgeven, keek ook Martha bezorgd. Zij wist evenmin
iets van een plan voor zondag 25 maart aan zee, Bredene dan nog, ons
vrijwel onbekend. Zij mocht ook best niet mee. Ik wist dat dit haar niet
zou interesseren, zoals geen enkel weldenkend mens trouwens.

Zondagmorgen. Bel inlichtingen 1207 om het nr van de politie in Bredene
op te vragen. "Een ogenblik aub", een computerstem geeft het juiste
nummer en schakelt zelf meteen door.
"Een vraagje meneer, kun je me zeggen waar ik de tram moet verlaten
(- er zijn meerdere haltes in Bredene -) om dáár te geraken?"
"Zeker meneer, je stapt af in 'Bredene aan Zee', maar het is dan wel nog
minstens drie kilimeter stappen".
Geen probleem, ik zou tijdig vertrekken en het weer was prachtig.
13:20 - vertrek van bij ons vakantiestekje naar de tramhalte,
14 uur - aankomst halte 'Bredene aan Zee'. Even de weg vragen en op
stap ... het is koud en mistig ... waar is de zon van deze morgen in Asse?
14:45 - betreden van het voetbalveld van KSV Bredene; het is meer dan
vijfendertig jaar geleden dat ik nog op een voetbalveld kwam.

Vorig jaar, Nieuwjaar 2011, stond Bredene op de eerste plaats in eerste
Provinciale West-Vlaanderen. Daarna ging het plots heel slecht, zodat
ze nog net in de reeks konden blijven.
Dit seizoen, we zijn nu 24 wedstrijden ver, hebben ze juist geteld, NUL
punten, met veel monster-verlies scores. Vorige week speelden ze uit-
zonderlijk goed en verloren maar met 3-1.
Ik volg het voetbal nog weinig, in tegenstelling met vroeger, waar een
weekend zonder voetbal, eigenlijk geen weekend was geweest.
De uitslagen van Bredene lees ik elke zondag op teletekst, en dat alleen
om de '0' te zien verdwijnen. Helaas, ze blijft week na week staan.
Daarom wou ik het 'fenomeen' Bredene graag eens 'live' meemaken;
meer was het niet ...

Misschien zou ik de enige betalende toeschouwer zijn?
Misschien was de magische 7-regel wel van toepassing: MEER dan 7
spelers nodig om de wedstrijd te starten / bij gekwetsen of uitsluitingen
7 spelers nodig om verder te doen / bij MINDER dan 7 spelers, gans de
ploeg van het terrein ...
Niets van dat alles. Ik betaalde 5 euro (-niet gepensioneerden 6 euro-).
Ik kreeg een fraaie programma-brochure met o.a. alle gegevens van
de wedstrijd. Een frisse jonge ploeg warmde zich enthousiast op.
Ik zocht vlug enkele gesprekspartners en vond twee plaatselijke suppor-
ters, een vader van een speler van de bezoekers en een journalist van
'Het Laatste Nieuws'. Samen zouden we de wedstrijd volgen.
De lokale mensen waren optimist. Vorig jaar waren er financiële strub-
belingen (- bij welke ploeg niet trouwens ...-). Vele spelers verdwenen.
Maar nu, met de jonge ploeg ging het steeds beter. Elke zondag wisten
de tegenstrevers (- de winnaars dus-) te vertellen dat de eerste punten
weldra zouden komen; vandaag misschien al ...

Ik nam me voor om door te gaan, eenmaal de bezoekers, S Boezinge
(- waar ligt dat in Gods naam? -), een eerste doelpunt scoorden.
Na de eerste helft was het 0 - 0!
"Zie je wel meneer, jouw bezoek brengt de kentering!"
Tien minuten in de tweede helft werd het 0 - 1.
En ik wou weg. "Maar meneer, blijf nog even; we maken zo gelijk".
En ik bleef, doordrongen van de kou; en het bleef ook 0 - 1.
En dan weer meer dan 45' te voet naar de tramhalte. Ik kwam tot op 200
meter toen er juist een tram vertrok. Nog eens 20' wachten.
Terug bij Martha om 18:30...

"En of ik 'content' was met de onnozele invulling van een zondag aan zee"
"Ja en neen, meer neen dan ja eigenlijk ... alhoewel ..."

denook

ps 1
Een mooi zinnetje uit de brochure van de thuisploeg:

Wist je dat ...
Dries D'Hoop vorige zondag voor de 2° keer scoorde?
Zo is hij nu onze enige 'topscoorder' - wie volgt?

ps2
voor wie samen met mij wil meevolgen wanneer de NUL verdwijnt:
BRT - Teletekst - pag 554, zondagavond.
Er zijn nog zes wedstrijden.
Misschien gebeurt het zondag al, in weer een thuismatch tegen Damme.

ria
Lid geworden op: 09 sep 2004, 13:19
Locatie: waar het goed is om wonen...

02 apr 2012, 12:06

Veel heb ik niet te vertellen, voel me nog te moe, te weinig energie.
alleen dit; schattige viooltjes (met heel bijzondere frêle kleuren) staan
klaar om uitgeplant te worden. Gelukkig doet manlief dit werk.

Aan iedereen een bezinnende week, rond het Lijden en Verrijzen.
En bij voorbaat een Zalig en vrolijk Paasfeest.

ria
Onder uw bescherming, o Moeder van God en ook onze moeder.

sunset
Lid geworden op: 26 mar 2007, 11:42
Locatie: Eindhoven, Nederland

06 apr 2012, 10:48




goede vrijdag 2012

een mensvrije hoogte
is de hemel: gebogen
ruimte voor het niets

een beekje stroomt
beneden op aarde

’t zijn opborrelende
tranen van een op-
gezweepte zee van
verdwaasden
**********
sunset 06-04-2012
**********


Heel fijne goede vrijdag en vrolijke paasdagen alvast.
Lieve groet, sunset
Ik denk niet, ik voel. Want ik prefereer het hart boven het verstand.

denook
Lid geworden op: 20 aug 2006, 13:25
Locatie: Vlaams-Brabant

08 apr 2012, 18:59

Nonkel Pater en een ganse kloostergemeenschap,

Zeer graag de vroegere reeks ‘Mijnheer Doktoor’ gezien. En ik niet alleen. Het boek daarna gaf nog meer een inkijk hoe de doktoors vroeger werkten. Een tijdsbeeld ook van een periode die we als kind zelf meemaakten, doch nu als volwassene anders wordt aangevoeld.
Een dokter is nu een dokter en verder een mens gewoon tussen de andere mensen. Mijn huisdokter vertrouwde me ooit toe hoe hij dokter is geworden omdat hij niet de talenten en het verstand had om zijn droom, ingenieur worden, waar te kunnen maken.
In de periode waarover de documentaire reeks handelde vormde de dokter, samen met de pastoor en de notaris het triumviraat waar gans de goegemeente naar opkeek. In de reeks werd ook duidelijk welke andere functies een dokter er allemaal moest bijnemen. Hij was zowel dokter, psycholoog, raadsman, bemiddelaar … en vervulde al deze taken met verve.

Enkele weken geleden startte een nieuwe documentaire reeks: ‘nonkel pater’, met een gelijkaardige invalshoek, dacht ik.
De (zeer) oude dokters zouden nu (zeer) oude paters-missionarissen zijn, die, evenals de dokters, zouden terugblikken op hun werk, hun loopbaan van start tot einde.

Ik viel van de ene verbazing in de andere.
In de eerste aflevering zagen we plots pater Pol verschijnen, een echte neef van Martha. Een paar dagen later wist men mij te vertellen dat hij, samen met een andere pater werd opgevoerd in de ‘laatste show’. En nog een tijdje later verscheen een lang interview met hem in Humo. Wist ik veel dat de man zo bijzonder was.

Nu, negentig geworden in januari, verzorgt hij wekelijks misvieringen in drie parochies. Onlangs liet zijn 23-jaar oud autootje hem in de steek; nu bolt hij met een ‘nieuwe’ auto, van vijf jaar oud. Hij heeft het immers zeer druk. Zo helpt en verzorgt hij o.a. zijn ‘oude’ mede-confraters, die toch allen 5 tot 15 jaar jonger zijn dan hij.
En dat na een superdruk bewogen missieleven.
Als ingenieur bouwde hij in Congo meerdere missieposten uit, met kerken, scholen en hospitalen. Tot de jonge president Mobutu hem ontdekte en vroeg om voor hem te werken.
Hij wou dat er nog bijnemen, zonder bezoldiging, en met Mobutu naast hem als een gelijke, niet als president.
Na enkele jaren van samenwerking en bij de bouw van een presidentieel paleis, wou Mobutu alles weer afbreken. Hij had immers bij een rijke koning een veel groter paleis gezien…
Pater Pol weigerde. Hij werkte voor de armen en niet om op hun werk en lijden een paleis weer af te breken. Hij schortte de samenwerking op en trok weer voltijds naar zijn missiepost.
Daar vernam en wist hij dat Mobutu hem zou komen opeisen, gijzelen bijna.
In een flits kon hij een vlucht naar België regelen en vertrok als een dief in de nacht.
Een tijd later belde Mobutu hem op, doch Pol veinsde een wankele gezondheid en zou niet meer terugkeren.

Natuurlijk keken we elke week uit naar een nieuwe episode uit het voortschrijdende leven van de missionarissen. Boeiend in zijn geheel als reeks, met een extra pigment voor ons, als pater Pol verscheen.
Mensen die de reeks mee volgden zullen hem zeker herinneren, na de beschrijving hierboven. Het was ook de pater die gans de reeks, frontaal uit zijn zetel in beeld werd gefilmd, en in een sappig Pajottenlands dialect zijn verhalen deed.

De aanleiding voor dit dagboekfragment is niet wat voorafging in dit schrijven, maar wat nu volgt …

Wekelijks bezoek ik een licht dementerende nicht. Ik ben de enige van de tientallen neven en nichten die nog langs gaan in het RVT.
Eenmaal per jaar haal ik ook haar nog oudere zus, een non, uit haar klooster, om de twee enkele uren samen te laten doorbrengen. Dat gebeurde ook deze week, woensdag.
Op weg van de kloosterstad naar Opwijk, zoek ik dan een gespreksonderwerp, waarvan ik denk dat het de 86-jarige nicht-non zal interesseren.
Nu was het gemakkelijk.
“Wat vond je van de laatste aflevering gisteren van ‘nonkel pater’?”
“Wat is dat misschien?”
En dan kwam het.
In een kloostergemeenschap, het moederhuis van oud- missiezusters, zijn ze nog met 26.
De jongste zuster, en moeder overste, is 53; de oudste zuster is 93.
“En waar was dat te zien, van die paters?”
“Op Canvas, rond 20:45 uur”.
“Wij kijken nooit naar Canvas; we eindigen elke dag bij ‘Familie’, en dan gaan we slapen.”
Stond ik even perplex.
Vergelijk het met een gemeenschap van 26 oud-voetballers die tijdens een rechtstreekse uitzending van Barcelona-Chelsea op een andere zender kijken naar een programma over
‘de gevolgen van een sprinkhanenplaag in Tunesië’.
Mensen toch …

denook

ps. Ieder jaar rond de Kerstdagen krijgen we van pater Pol een lange getypte brief, met nieuwsjes en wensen. Zo schreef hij dit jaar over zijn auto, zijn parochies, zijn werken … en ook dat hij klaar is, mocht de Heer hem roepen.
‘Mocht dat volgend jaar gebeuren, dan zijn hier al zijn wensen voor 2013, uit de hemel …’
Mooi niet?.